maandag 9 maart 2015

Ode aan mijn beste vriendinnen

Omdat het gisteren Internationale Vrouwendag was (maar het weer te mooi was om me aan het schrijven te zetten) wil ik toch even mijn beste vriendinnen, stuk voor stuk straffe madammen, in de picture zetten.

Ze zijn allemaal verweven in het leven van Leander dus verdienen zeker een plaats op zijn blog.

In de loop der jaren zijn er vriendinnen gekomen en vriendinnen gegaan. Maar eentje is al sinds de dag dat ze geboren is mijn partner in crime.
Joni.
Tanti voor Leander.
Eigenlijk is ze mijn nicht langs mama’s kant maar we zijn altijd 2 handen op 1 buik geweest.
Als kleuter speelden we samen, als tieners en begin-twintigers gingen we samen het beest uithangen in één of ander café, discotheek of op een fuif.
Anekdotes, anekdotes…
Cinemake, urenlange shopsessies, op vakantie gaan.. We did it all!
Waar zij was, was ik. En andersom.
We hebben zelfs lieven gedeeld!
Maar niet tegelijk natuurlijk!

Momenteel is ze mijn partner in crime in het mama zijn. Haar dochter, ons petekind *blinkblink*, is 2 jaar ouder en met enig welke vraag in het moederschap kan ik bij haar terecht.
Onzekerheden, frustraties, ze begrijpt het als geen ander.
We gaan nog steeds shoppen, naar de film, naar de sauna, uiteten, met de kindjes naar de speeltuin, enz.
En babbelen nog steeds uren aan een stuk over zowel luchtige als diepgaande onderwerpen.

Only death shall do us part.
Zij is mijn tweede zus.


Via Joni heb ik zo'n 12 jaar geleden Noémi leren kennen.
Tanti Nono voor Leander.

Noé is mijn vrouwelijke soulmate. Ze weet alles van mij, kent mijn diepste en donkerste gedachten en aanvaardt zonder verpinken mijn zotte en vooral klunzige kant.
We hebben allebei een hoekje af en dat vergt niet meer uitleg.
We moeten elkaar maar aankijken en begrijpen wat we bedoelen.
Hetgeen soms in groep wel eens kan leiden tot reacties als: “Waarom lachen jullie?”
We zijn beide van die persoontjes die muren optrekken en ons harder en groter voordoen dan we zijn maar hebben de kleinste hartjes.
We kijken recht door die muurtjes heen, kunnen elkaar niks wijsmaken. Zij zet mij op tijd en stond op mijn plaats en ik haar. Confrontatie gaan we niet uit de weg.
Ze kent zowel mijn ziel als mijn lichaam als geen andere vrouw.
Dat laatste in de vorm van meeëters uit mijn gezicht duwen (gezichtsbehandeling), aan mijn tenen frunniken (voetreflex), zuigvlekken op mijn rug zetten (cupping), mijn kuiten massacreren (massage), mij in onmogelijke bochten laten wringen (ashtanga yoga), enz.
Toch even ter verduidelijking...

We zijn ook partners in crime in het ondernemerschap. Daar waar ik indertijd gesprongen ben om een eigen tekenbureautje op te starten en nu volop ook aan het timmeren ben aan een carrière als juweelontwerper/goudsmid heeft zij onlangs de diepe sprong gemaakt om een eigen yogaschool op te starten, samen met haar vriend. Ondanks alle onzekerheid dat erbij kwam kijken, is ze vol voor haar droom gegaan. En daar hebben we elkaar altijd in gepusht en gesteund.

Ik ben ZOOO trots op haar!
Straffe madam pur sang!

Love you to the moon and back, babe.


Mijn zus Nikita.
Metie voor Leander.
Velen zullen zeggen dat dat voor de hand liggend is, je eigen zus.
Maar OMG wat hebben we elkaar gehaat.
Zwaar uitgedrukt natuurlijk.
We zijn pas stilletjes aan naar elkaar toe beginnen groeien toen zij 20, en ik 25, was.
Als kind was ik een plantrekker en zij een aandachtstrekker. Sorry zus...
Ze was zo clever om bepaalde situaties naar haar hand te zetten.
Straffen kon je haar amper: “Oh, ik moet in de hoek? Geen probleem.” “Oh, ik mag uit de hoek? Ik blijf nog even zitten.”
Waar ik vroeger door weer en wind met de fiets naar school ging, kreeg zij het klaar om mama haar naar school te laten rijden: “Als ik door een windvlaag onder een auto kom, is het allemaal uw schuld.”
Als 5-jarige stelde ze zich al vragen of dat wel klopt van Sinterklaas die door de schouw kruipt. “Dat kan toch niet??”
Over blaadjes mocht mama niet rijden want dat waren levende organismen.
Een boek kan ik erover schrijven.
Nogmaals sorry zus..
En ik herken zoveel van haar terug in Leander…

Maar naarmate we ouder, slimmer en wijzer werden, zijn we beginnen beseffen dat we meer gemeen hebben dan we eerst dachten.
We zijn elkaars steun en toeverlaat geworden. Op heel veel vlakken hebben we eenzelfde standpunt, dezelfde gedachten en theorieën en op andere vlakken dan weer niet, maar aanvaarden we het van elkaar.
Ook zij kijkt recht door mijn masker heen. Door de verbondenheid die we hebben, voelen we soms dingen aan van op kilometers afstand.
We hebben nu een connectie die ik met geen andere connectie kan vergelijken.
Echte zusterliefde!

En in april word ik metie van haar en haar vriends’ zoontje.
Ik popel een oog uit!


En dan is er mijn mama.
Moeke voor Leander.
Mijn mama was 17 toen ze zwanger werd van mij. Ik ben een ‘accidentje’.
Haar fleur-van-hare-fladder was al voorbij nog voor het kon starten.
Maar nooit, NOOIT, heeft ze laten blijken dat ik iets heb afgenomen van haar.
Ze is er altijd voor mij en mijn zus geweest. Ook in de momenten dat ze minder gelukkig was.
Ze is erin moeten groeien maar sinds haar scheiding van onze papa heeft ze altijd gevochten voor haar eigen geluk. Met vallen en opstaan maar ze kan zichzelf nooit verwijten dat ze niet gebleven is in een situatie waar ze zich niet goed in voelde.
Zowel zij als papa hebben ons veel zelfstandigheid bij gebracht. Dat we moeten werken voor ons geld en dat dromen niet vanzelf uitkomen. Maar wat ik vooral van haar heb geleerd is dat ik nooit tevreden moet zijn met middelmatig. Dat ik altijd moet blijven gaan en vechten voor mijn eigen geluk.
Dat als ik iets wil, ik het ook zal krijgen, vroeg of laat.
Als ik ervoor vecht.
Vallen, opstaan, stof afkloppen en weer verder gaan.

Ze heeft niet altijd de juiste keuzes gemaakt (waar mijn zus en ik dus wel veel uit geleerd hebben) maar ik kijk verdorie naar haar op van hier tot in de oneindigheid.

Supermama en supermoeke!


En dan zijn er nog al mijn andere vriendinnen: Els, Valerie, Romina, Fanny, Julie en Isabel.
Sommigen zie ik 1 keer in de 4 maanden (of langer: sorry Els!), anderen dan weer bijna iedere week.
Maar ze allemaal belangrijk in mijn leven.
Ze vullen gaatjes in mijn hart. Zijn onderdeeltjes van mijn geluksgevoel.
Ik zou niet zonder ze kunnen.

Vrouwen naar mijn hart, vrouwen in mijn hart.




vrijdag 6 februari 2015

Rollercoaster

Een verkalkte placenta. Dat was de oorzaak van Leander zijn dysmaturiteit.
Tot aan de navel leeg, geen drupje bloed was er nog te bespeuren.
Hij heeft doorgezet tot het einde en toen vond hij het tijd om te komen.
Tot op de dag van vandaag ben ik nog steeds dankbaar dat Moeder Natuur ingegrepen heeft.
Maar anderzijds ook weer niet want waarom deed mijn lichaam niet wat het moest doen?

Ondanks dat ik van zowel artsen als iedereen rondom mij kree
g te horen dat ik er niks aan kon doen, dat het gewoon pech was, verwijt ik het mezelf nog steeds.

In de laatste maand van mijn zwangerschap had mijn gynaecologe al opgemerkt dat Leander amper tot niet meer groeide. Ik werd heel goed opgevolgd, heb bijna dagelijks aan de monitor gelegen en ze had besloten dat ik ingeleid zou worden. Ze had me al voorbereid op het feit dat hij waarschijnlijk in de couveuse zou belanden. Ze schatte zijn geboortegewicht rond de 2200 gram.
Iedere nacht ben ik rond 03:00 op gestaan om te eten. Omdat ik honger had maar ook Leander zoveel mogelijk ‘aan te vetten’.
Ik weet niet of het heeft mogen baten.

Na de bevalling kreeg ik van de vroedvrouw te horen dat we beiden veel geluk hadden gehad.
Dat het kantje boord was.
Een geluk dat de wetenschap zo ver gevorderd is.
50 jaar geleden zouden we er nu niet meer geweest zijn.

Dag 1 lag er een rillend klein ventje in de couveuse.
Zijn bloedsuikerspiegel ging alle kanten uit.
Iedere 3 uur kreeg hij een hielprik waardoor ze konden meten hoe hoog of laag dit stond.
Onze emoties ging mee met de waarden.
Want de kans om in shock te geraken was reëel, met alle gevolgen vandien.

 Ik mocht zijn handje vasthouden.
Zijn hand in mijn hand met een glazen scheiding tussen ons.

De eerste voeding, de eerste stoelgang, hem als eerste in mijn armen houden...
Ik heb het allemaal moeten missen. Maar ik was zo dankbaar dat hij omringd werd door een fantastisch team. En hij liet het allemaal ondergaan. Weende zelden, alleen als hij honger had.
Was zo content. Ondanks de onderzoeken, het prikken, de pleisters en kabeltjes.
Hij wond iedereen rond zijn vinger.
Alle verpleegsters van de afdeling waren weg van hem en leefden met ons mee.

Op het einde van dag 2 mocht ik kangoeroeën met hem.
Eindelijk mocht ik hem in mijn armen houden.
Zijn huid op mijn huid.
Aan zijn hartslag merkten we dat hij dat fijn vond. Volgens de papa was ik de hele dag bleek, tot dat Leander op mijn borst lag. Dan pas kregen mijn kaken kleur.
Het zaligste moment sinds hij geboren was.


Buiten de voedings- en badmomentjes waren dag 2, 3 en 4 een zwart gat.
Zijn suikerspiegel kregen ze niet onder controle. Hij kreeg veel vocht toegediend waardoor de ductus van zijn hartje niet sloot. De kinderartsen hoorden ruis op zijn hartje en overwogen om ons over te brengen naar Leuven.
Zijn adertjes sprongen door de infuusjes waardoor ze telkens een nieuwe moesten zoeken om in te prikken.
Ik kon nog steeds geen kant uit al heb ik mezelf gedwongen om recht te zitten. Mijn doel was zo snel mogelijk in die rolstoel te geraken zodat ik uit eigen beweging naar mijn zoon kon gaan.
Helaas was mijn verstand voor op mijn lichaam. Het wou niet mee.
Tranen met tuiten hebben we gehuild die dagen.
Ik bleef maar denken: “Ik krijg hem nooit mee naar huis.”

Dag 5 werd zijn suikerspiegel een beetje stabieler en mocht hij van de couveuse naar een verwarmd bedje. Zijn gewicht steeg traag maar gestaag.
Ik kon terug rechtop wandelen.

Dag 6 zijn we richting Genk getrokken om een echo te laten maken van zijn hartje. De kinderartsen hadden eerst geprobeerd om het toedienen van vocht te minderen in de hoop dat de ruis weg zou gaan. Dat deed het ook en de cardiologe bevestigde dat we ons geen zorgen daaromtrent moesten maken.
Zijn suikerspiegel werd nog stabieler en we konden eindelijk onze angst een beetje laten varen.

Dag 8 moest ik naar huis.
Zonder hem.

Ik heb die week zoveel steun gehad van mijn naaste familie en beste vriendinnen. Stuk voor stuk waren ze er voor ons. Maar die dag wou ik niemand om me heen.
De hele rit naar huis heb ik gehuild als een klein kind. Het voelde niet juist om zo ver weg te zijn van hem. Om uit die vertrouwde cocon te stappen.
Het huis was mooi versierd maar ik kon er niet van genieten.
Het had nog nooit zo groot, kil en leeg aangevoeld.
Vertrekken met een baby in je buik en thuis komen met alleen een litteken op diezelfde buik.
Heel bitter.

Achteraf ben ik natuurlijk dankbaar want het is allemaal goed afgelopen. Mijn nichtje heeft een jaar later haar dochtertje van nog geen 3 maanden oud moeten laten gaan na een immense strijd.
Ik kan amper beschrijven welke pijn wij gevoeld hebben, laat staan dat ik nog maar kan begrijpen welke pijn zij hebben moeten doorstaan. En nog steeds.

Dagelijks worden er baby’s prematuur of dysmatuur geboren.
Met een afwijking.
Dood.
Het doet relativeren maar het neemt niet weg dat we de eerste week heel diep hebben gezeten.
Mensen zeggen wel eens: Je weet niet wat het is als je het zelf niet hebt meegemaakt.
Dit geldt voor alles zo.
Alles heeft zijn tijd nodig.
En ieder ondergaat het op zijn manier.






maandag 2 februari 2015

De geboorte van Leander

Ik moet toegeven dat het mij niet makkelijk af gaat, dit neertypen.
Ik weet dat ik dit niet moet, niemand houdt een geweer tegen mijn hoofd, maar ik wil het wel.
Want het is nog steeds het begin van het mooiste geschenk in mijn leven, ook al waren het de meest heftige weken in ons leven.
Misschien draagt het bij tot de verwerking van mijn verdriet.
Dat stilaan slijt maar zijn plaats nog niet heeft gevonden.

Zaterdagnacht 12 mei 2012 zijn de weeën stilaan gestart. Rond 06:30 zijn we op gestaan, heb ik me op mijn gemak gedoucht, ontbeten, mijn valies klaar gezet. Rond 08:30 begon ik een heel onrustig gevoel te krijgen en konden we niet snel genoeg in de auto zitten richting het ziekenhuis.
Om 9:30 lag ik aan de monitor.
1cm ontsluiting.
Dit kon nog lang duren.
Had ik me zorgen om niks gemaakt?
De monitor gaf bij iedere wee een flatline van de hartslag van Leander. Ze dachten eerst dat het aan de monitor lag omdat deze al eerder ‘mankementjes’ had vertoond.
Na 3 weeën had de vroedvrouw door dat het daaraan niet lag..
Je kon duidelijk horen dat zijn hartslag stilletjes terug op gang kwam naarmate de wee wegebde.
Mijn bloeddruk was alles behalve in orde, zorgwekkend.
Toen is het heel snel gegaan.
De vroedvrouw deed dit heel discreet. Ze ging naar buiten om met de gynaecoloog van wacht te bellen, kwam rustig binnen, zei dat het een keizersnede zou worden.
Ik vroeg of ik nog eventjes naar het toilet mocht (met in gedachten de epidurale die mijn volledig onderstel zou lamleggen, alsook sluitspieren..)
Ik had nog geen idee van de ernst van de zaak.

Ik kreeg een spuit om mijn weeën stil te leggen, alle andere voorbereidingen werden in een hels tempo uitgevoerd. Formaliteiten werden onderweg naar de operatiekamer in orde gebracht.
Maar de vroedvrouw bleef de kalmte zelve. Waardoor ik dat ook bleef.

Eeuwige dankbaarheid aan vroedvrouwen die ten allen tijde kalm kunnen blijven!

Om 11:13 is Leander geboren via een spoedkeizersnede.
2050 gram
44cm groot
Dysmatuur.
Hij weende niet onmiddellijk waardoor zowel de papa als ik onze adem inhielden. Ze moesten eerst zijn longen vrijmaken. Rochelende geluiden. Ik zag dit allemaal van op de operatietafel gebeuren, ondersteboven, omdat het achter mij gebeurde. Dit voelde aan alsof het minuten lang duurde.
Dan de eerste kreet en de opluchting die daarop volgt.
Ze hebben even zijn gezicht kort bij het mijne gebracht, waardoor ik hem kon zien, onze zoon.
Daarna hebben ze hem in de couveuse gelegd en verdween hij, samen met de papa, uit de operatiekamer.

Het dichtmaken van mijn buik was geen lachertje. Het samentrekken van de spieren was alsof er langs 2 kanten paarden aan het trekken waren. Dichtsleuren. Ik kan het niet goed benoemen.
Ik weet niet of ik onbewust mijn focus daarop gelegd heb om de voorgaande ‘schok’ te compenseren, maar ik heb alles gevoeld. Het deed geen pijn, maar het was wel verschrikkelijk. Ik weet dat ik een shot heb gekregen omdat ik wegzakte. Ik weet dat ik enkele keren op de klok heb gekeken van “Hoe lang moet ik dit nog doorstaan?”
Dat de tranen over mijn wangen liepen.
Ik weet niet wat het is om ‘normaal’ te bevallen, maar zou ik het opnieuw mogen doen, teken ik onmiddellijk daar voor.

In de uitslaapkamer kreeg ik een warmteblazer onder mijn deken gestoken. Maar ik rilde als een blad in de wind.
Een half uur later werd een uur later.
Een uur later werd anderhalf uur later.
Ik bleef rillen.
En speculeren.
Ik wist niet wat er van Leander was. Was hij in orde? Hij woog maar 2050 gram. Wat zijn de gevolgen? Moet hij lang in de couveuse? Is überhaupt ok? Had hij 10 vingers en 10 tenen? Want dat heb ik niet kunnen zien.
Waarom komt niemand mij halen?
Ik wil naar mijn zoon!
Ik wil naar mijn partner!

Toen ging eindelijk de deur open en daar stond Dave. Zijn gezicht was een mengeling van geluk, opluchting en zorgen. Hij zei dat ze mij vergeten waren omdat ze met Leander bezig waren. Dat hij zo ongerust was om mij.
De verdere uitleg kan ik me niet meer herinneren. Ik heb vragen gesteld maar weet het antwoord niet meer.
Ze hebben mij naar neonatologie gerold en mijn bed langs Leander zijn couveuse gezet.

Hij zag er zo mooi uit, ondanks de kabels en pleisters.
En zo rustig.

Ik werd warm vanbinnen.
En rustig.

Dit was, en is, onze zoon.
Leander.
Sterk als een leeuw.






dinsdag 27 januari 2015

Zwanger zijn.

Zwanger zijn vond ik zalig!

Het eerste trimester heb ik weliswaar geleefd op Paravita crackers en rauwe wortels tot laat in de namiddag.
Daarna kon ik zonder problemen een warme maaltijd en dessert binnen werken zonder enig probleem.
Toch gek hoe zo’n zwanger lichaam in elkaar zit.

Het tweede trimester kon ik de wereld aan.
En bevocht ik deze ook…
Want in deze wereld moest ik wel mijn zoon neerzetten!


Het derde trimester was iets lastiger. De buik begint uit te dikken, ledematen zwellen lichtjes op. Ik kon nog maar op 1 zijde liggen zonder protest van ukkepuk en dingen oprapen ging niet meer van een leien dakje - Je zou ervan versteld staan wat je allemaal kunt grijpen met je tenen!
Een trucje dat ik nu nog vaak toepas.
Stil zitten deed ik zelden. Er moest nog zoveel gedaan worden (nestdrang aarrggh!) en ik moest en zou blijven werken tot aan mijn bevalling.
Dat is nu eenmaal het lot als je zelfstandige bent.

Maar ik vond het ook het meest speciale trimester van de 3.
De band met mijn zoontje werd toen echt hecht, al kon ik hem wel eens vervloeken als hij een strategische schop in de blaas, of later, ribben plaatste.
Vreemde mensen glimlachen naar je, of kijken je veelbetekenend aan..
Familie en vrienden zijn bezorgd en behulpzaam maar kijken even hard uit naar dé grote dag als jijzelf.
En het lief deed zo goed als alles voor mij!

Ikzelf maakte me amper zorgen, het zou wel allemaal vanzelf lopen.
Zoveel vrouwen in de wereld die me dit al vooraf gedaan hadden.

Tot de bevalling...
De start van de wildste rit in de rollercoaster van mijn (en ons) leven.



donderdag 22 januari 2015

Leander's ontstaan.

Leander is een ICSI-baby.
Dit werd vroeger nogal eens ‘proefbuisbaby’ genoemd.

Voor zij die niet weten wat ICSI is, de uitleg ervan vind je hier: Wikipedia
Al is de uitleg naar mijn mening niet volledig. Véél goede zwemmertjes, geen doorgang. Maar bon.

Dat we dit pad moesten volgen, wilden we ooit voor een nageslacht zorgen, was van het prille begin van onze relatie al duidelijk.
In de oertijd zou ik mijn partner waarschijnlijk neer geknuppeld hebben en op zoek gegaan zijn naar een mannetje dat me wel kon bezwangeren, maar het hart speelde in dit geval ook een rol.

En het waren immers zorgen voor morgen.

Na een jaar lang een lange afstandsrelatie te hebben en dat overleefd te hebben,
enkele jaren op een appartement te wonen en dat overleefd te hebben,
een huis gebouwd hebben en ook dat overleefd te hebben, was ik, na toch nog veel twijfelen (wie wil er nu een kind in deze rotte wereld zetten), op mijn 30ste er klaar voor om Moeder te worden.
De details van het hele proces ga ik jullie besparen, daar zijn fora en blogs van vol geschreven, maar geweldig en romantisch was het geenszins.

Al heb ik daar wel een poging toe gedaan door samen met mijn lief bij kaarslicht een spuitje hormonen in mijn buik te zetten. Zelfs de sadomasochist in mezelf vond dit niet leuk dus heb het de keren erna maar gewoon heel klinisch rechttoe rechtaan gedaan.

Om een lang verhaal kort te maken:
Na 12 dagen spuiten voelde ik me zo’n volgestouwde kalkoen dat ik in mijn bloot gat een rondedansje in de praktijk van de gyn heb gedaan toen hij de verlossende woorden: “Miss Ellen, your eggs are ready to be picked (of toch iets in die trant)”, sprak. Heb ik de meeste venijnige spuit ooit in mijn lijf gehad, dan nog door mezelf gezet. Zijn mijn eitjes geplukt, bevrucht en is er eentje terug geplaatst. Heb ik de meest freaky innesteling in de geschiedenis meegemaakt en was ik zwanger.

Van de eerste keer.

How lucky was I!



woensdag 21 januari 2015

Pré-moederschap

Voordat ik startte aan het avontuur om zwanger te worden (het was een avontuur maar daar later meer over) had ik zo mijn eigen opvattingen over het moederschap:

Ik zou zeker en vast geen mama-mama worden – Ben ik ook niet.

Omdat ik zelfstandige ben met een eigen tekenbureautje zou mijn kind zich maar moeten aanpassen aan mijn ritme – Yeah right!

Mijn kind zou zeker niet mogen schreeuwen en tieren en moeilijk doen, kortom de etter uithangen, op alle plaatsen die niet tot thuis behoren. Anders zou ik hem dat wel eens snel duidelijk maken! – Wat een illusie!

En ik zou zeker geen mama worden die al die mamaclichés rondbazuint. Hoe vaak heb ik met mijn ogen gerold als er weer eens eentje uit een mamamond gerold kwam. – Mijn zwangere zus is het schoonste bewijs dat ik me aan dit voornemen niet heb kunnen houden. Die meeste clichés zijn nu eenmaal waar.

Wat was ik onwetend.

Doodgewone dingen

Blijkbaar bestaan de befaamde stokjes op blogs nog steeds! Al weet ik niet of ze dit zo nog noemen daar ik er al zo lang uit ben..
Anyway!
Deze vond ik op Kelly's blog Tales from the crib.
En het leek me leuk om ook eens op te lijsten wat mijn hart doet zingen!
Bij deze:

  • Als de zon schijnt, het boven 10°C is, de vogeltjes fluiten en je ruikt dat de lente in aantocht is. DAT moment!
  • Op weg zijn met de wagen en net dat nummer op dat perfecte moment horen. Alsof alles op zijn plaats valt.
  • Meezingen/-kwelen, drummen, luchtgitaren, hoofdschudden, enz. op dat, of andere goeie, nummer(s).
  • Dansen in de living met mijn zoontje Leander.
  • Het eerste Melone-ijsje van het jaar!
  • Zomeravonden waar geen eind aan komen.
  • Een herfstwandeling.
  • De schaterlach van Leander.
  • Glimlachen en een glimlach terug krijgen van iemand die je niet kent.
  • Het moment dat je beseft dat iets af is waar je hard aan gewerkt hebt.
  • Met een tijdschrift of boek in de zetel liggen zonder gestoord te worden.
  • Iets ontwerpen en dan denken van 'Damn, ik ben goed!' (Gebeurt zelden)
  • Kijken naar Game of Thrones, Spartacus, Orange is the new black, Gossip girl, enz.
  • Iets megalekker eten, al heb ik het zelf gekookt of op restaurant.
  • Een vakantie/citytrip boeken.
  • Het vooruizicht daarvan.
  • Vriendelijke en gelukkige mensen.
  • Het gevoel dat je hebt nadat je heel diep bent gegaan.
  • Als de postbode aanbelt met een pakje in zijn handen.
  • Kijken naar "The sweetest thing" met vriendinnen.
  • Kijken naar "So you think you can dance" en verwonderd zijn van het danstalent van de deelnemers.
  • Stappen op hoge hakken.